Als u vanaf het Efeze Museum twee- of driehonderd meter rechts van de weg loopt die van Selcuk naar Efeze en Kusadasi leidt, in de richting van de Isa Bey Moskee, komt u een groot gat tegen. Boven dit grote gat, dat in de lentemaanden in een poel van water verandert, stond vroeger de tempel van Artemis. Deze speelde een belangrijke rol in het sociale en religieuze leven van Efese. De eerste bouwers van de tempel zouden de Amazonen zijn geweest. Plinius, de schrijver, meldt dat de tempel in zijn geschiedenis zeven maal werd geplunderd.
Toen Efeze onder de heerschappij van Croesus, de koning der Lydiërs, kwam, zag hij dat de Efeziërs Kersifron, de architect uit Kreta, en zijn zoon Metagenes, de tempel lieten herbouwen. Zelf schonk hij pilaren, waarvan de onderste delen met reliëfs waren versierd. Deze tempel uit de Archaïsche periode werd in het jaar 356 na Christus, tweehonderd jaar na de bouw ervan, door een krankzinnige, Herostratos genaamd, in brand gestoken. Daarna werd de tempel, die een van de 7 wereldwonderen was, herbouwd volgens dezelfde afmetingen als de oude tempel, namelijk 425 voet lang, 220 voet breed en 60 voet hoog, en versierd met 120 zuilen in Ionische stijl. Van hieruit kan men Ayasuluk zien liggen, waarop de Isa Bey moskee en de kerk van Sint Jan staan. In de verte daarachter is het Byzantijnse kasteel te zien. De tempel werd tot het jaar 111 n. Chr. in stand gehouden, maar in 263 n. Chr. door de Goten afgebroken en geplunderd. Hij werd niet meer herbouwd omdat het christendom zijn overwinning had behaald, heidense tempels waren afgebroken of opnieuw aangepast.
Na deze afbraak werden de meeste marmeren zuilen naar Istanbul vervoerd om te worden gebruikt bij de bouw van de Hagia Sophia. De vonk die door deze afbraak werd ontstoken, ontstak de fakkel van de cultuur in Efese, die voor altijd licht zal werpen op de geschiedenis. De zeldzame vondsten van de tempel werden, na langdurig onderzoek en opgravingen, voor het eerst gevonden door Engelse archeologen in het midden van de 19e eeuw. De meeste overblijfselen die architectonische waarde hebben en tot de tempel van Artemis behoorden, bevinden zich thans in het British Museum. Enkele ervan, gemaakt van goud en ivoor, bevinden zich in het Archeologisch Museum in Istanbul en in het museum van Efese.